Het blijft onvoorstelbaar hoe snel de Chinese automerken terrein winnen in Europa. MG verkocht in Nederland al 10.000 auto's sinds de herintroductie, een vijfvoud van wat er in totaal aan oude MG's is verkocht dit decennium. En BYD zit op bijna 1.000 auto's, terwijl het offensief van dat merk eigenlijk nog maar net begonnen is. Toch zijn het vooral de prijspakkers die het succes maken. Veel mensen zijn nog een beetje huiverig om bovengemiddeld veel geld aan een nieuw automerk uit te geven.
Dat blijkt wel uit de verkoopcijfers van NIO, dat ondanks forse investeringen in flagship stores en experience centers in ons land nog geen grote aantallen schrijft. De modellen van dat merk kosten dan ook minstens 50.000 euro. En de ET7 die we eerder reden kost nog veel meer. Dat model heeft met zijn limousinevorm niet de meest populaire carrosserie van dit moment. Tijd dus voor een SUV, in de vorm van de EL7 uit deze test. We gaan ermee op pad en komen erachter dat NIO sommige zaken net even iets anders aanpakt. Hoe dat bevalt, lees je in deze autotest.
Wat trek je een boel bekijks met deze giga SUV. Sommige mensen herkennen er een Lamborghini Urus in, anderen denken met het nieuwste model van Lotus te maken te hebben. Nu wordt er ook niet echt gestrooid met merknamen op het koetswerk van de EL7. We zien in de koplampen NIO gespeld staan, maar verder moeten we het doen met het voor velen onbekende merklogo en de typeaanduiding. Niet zo gek dus dat een leek geen idee heeft wat er voor zijn neus staat.
Je kunt NIO niet betichten van kopieerdrang, want de auto is origineel vormgegeven. Hooguit een concurrent uit eigen land, de Xpeng G9, lijkt op deze bolide. Qua afmetingen ontlopen die twee elkaar niet veel, al is de NIO net iets langer, breder en hoger. De auto is bijna vijf meter lang en vooral de breedte van bijna twee meter (zonder de buitenspiegels) is flink. Dat merk je met manoeuvreren en bij inparkeren. En het bezoeken van een wasstraat is een hele onderneming. De 21 inch wielen lijken de grote wielkasten maar net te vullen. Overigens staat de auto standaard op degelijke 20 inch spaakwielen, die de auto minder uitgesproken maken.
De wielen op de foto's vragen een extra investering van 2.600 euro. Mocht je vinden dat je dan nog niet genoeg opvalt met deze auto, dan kun je de oranje remklauwen als gratis optie selecteren. Naast de wielen en de metallic lak is alles wat je ziet standaard aanwezig op de EL7. En zelfs wat je niet ziet, want de elektrisch wegklapbare trekhaak zit er eveneens standaard op.
Het gebrek aan keuzestress ervaar je net zo goed bij het samenstellen van het interieur. Je hoeft alleen maar de kleur van de bekleding te kiezen. Leuk gevonden is dat de autosleutel in dezelfde kleur wordt uitgevoerd. Beetje jammer alleen dat de sleutel zelf heel plastic aanvoelt en doet denken aan de bediening van een goedkope airconditioning. Gelukkig kun je - à la Tesla - de auto ook met een sleutelkaart of via je telefoon bedienen. De sleutel daargelaten is er echt niet beknibbeld op de aankleding van de EL7. Bijna alles is bedekt met een laagje zachte stof en de dakhemel is bekleed met een soort van Alcantara. Verder zien we heel veel stiksels, mooie afwerking en de weinige fysieke knoppen die je vindt in de NIO voelen goed aan. De kunststof inleglijsten zagen we natuurlijk al in de ET7 en vinden we ook in deze auto wel erg smaakgevoelig. Op het dashboard zien we inleglijsten die doen denken aan populierenhout en dat vinden we geslaagder.
Bovendien wordt die lijst heel subtiel verlicht in het donker. Tenzij je de sierverlichting heel fel zet natuurlijk, want via het snelle multimediascherm is dat in een oogwenk geregeld. Zoals we in de ET7 al merkten, zit de menustructuur en de afleesbaarheid van alle schermen prima in elkaar. Je merkt dat er goed naar andere merken en dan met name naar de logische indeling van de Tesla multimedia is gekeken.
Anders dan bij de Amerikanen moet je in de NIO elke keer na het starten weer vele bemoeizuchtige assistentiesystemen uitschakelen. Doe je dat niet, dan piept er bijna ieder ogenblik wel één van de assistenten in de auto. En daar rekenen we het charmante robotje Nomi ook onder. Hoe aandoenlijk ook, al op de eerste dag worden we horendol van de vele suggesties die vanuit de hulpsystemen en spraakassistent worden gedaan. Op die manier leiden de veiligheidsopties alleen maar af, al snoer je ze gelukkig eenvoudig de mond.
Geniet je vervolgens van de rust aan boord, dan valt pas echt op hoe comfortabel de EL7 is. Je hebt gerieflijke stoelen, die in het geval van de bijrijdersstoel ook nog eens in een ligstand kan worden gebracht.
Mogelijkheid tot stoelmassage en -ventilatie worden standaard meegeleverd, wat de auto extra luxe doet aanvoelen. De ligstand zorgt er voor dat er geen dashboardkastje geplaatst kan worden, als goedmaker heb je de beschikking over een groot aflegvak onder de middenconsole en flinke opbergruimte onder de armsteun. Dat de armsteun van twee kanten te openen is, maakt het allemaal extra praktisch. Je beschikt over een zee aan voetruime achterin en aan hoofdruimte heb je evenmin gebrek. Het panoramadak (ook al standaard) is open te schuiven en te kantelen en dat zorgt voor frisse lucht en veel licht in het hele interieur.
Luchtvering is ook al standaard en dat leidt tot fluweelzacht rijgedrag. Naar onze smaak is de comfortstand wel erg deinend, maar gelukkig zijn de rijmodi eenvoudig te personaliseren, zodat je de demping los van de rijmodus kunt aanpassen. In iedere stand krijgt de auto een ander karakter. In Sport+ is de NIO krankzinnig snel, want de EL7 schiet in de snelste sportstand in 3,9 seconden naar de 100 km/h. Kies je vervolgens weer de Eco-modus, dan rijdt de auto afwachtend en een stuk bedaagder.
Het is ongelofelijk knap hoe gebalanceerd NIO de auto heeft weten neer te zetten, gelet op de korte tijd dat het merk nog maar bestaat. De mastodont weegt dan wel ruim 2.300 kg, je hebt daar tijdens het rijden zelden last van. De auto helt bijna niet over en zelfs een flinke rempartij zorgt niet voor zwalken of onrust.
Weet je je een beetje in te houden, dan zou je met het 100 kWh van de testauto 509 kilometer moeten halen. Er is ook een 75 kWh pakket, waarmee je op papier net geen 400 kilometer rijdt. In de praktijk blijkt de NIO een behoorlijke stroomsnoeper, zeker als je boven de 100 km/h gaat rijden. We noteren al snel een verbruik dat richting de 30 kWh per 100 kilometer gaat en dat zou een rijbereik van zo'n 330 kilometer betekenen. Doe je het wat rustiger aan en zet je de airco in Eco, dan schiet het rijbereik uiteraard verder omhoog naar zo'n 400 kilometer. Maar de beloofde 500 hebben we geen moment weten te bereiken. Op een lange rit is het dus onvermijdelijk dat je het snellaadvermogen van 125 kW moet aanspreken, geen spetterende waarde gelet op het grote batterijpakket dat je moet vullen.
Of is er een andere methode? Jazeker, want als je kiest voor batterijhuur kun je gebruikmaken van de battery swap stations van NIO. Daarvan zijn er nu al zo'n zeven stuks in Nederland te vinden en ook elders in Europa schieten ze als paddenstoelen uit de grond. In minder dan tien minuten (en in de praktijk vergelijkbaar met een tankbeurt plus wachttijd in de rij) wordt het batterijpakket onder de auto vandaan geschroefd en wordt een volgeladen exemplaar geplaatst. Enige nadeel is dat de bestuurder in de auto moet blijven zitten, terwijl de auto omhoog getakeld wordt en je een hoop gebonk en geschroef vanonder de auto hoort komen.
Op het scherm wordt je vooraf gerustgesteld dat er niets kan gebeuren. Tijdens de swap vallen wel de airconditioning en multimedia uit, dus heel comfortabel is de batterijwissel niet.
Bovendien is er maar plek voor één NIO in het station, dus als er meerdere NIO-rijders voor je zijn loont het eigenlijk niet om daarop te wachten. Je ziet wel in het multimediascherm hoeveel batterijen een station nog heeft en of er een wachttijd is. In Nederland zal je met het praktijkbereik van de EL7 100 kWh prima uit de voeten kunnen en is een snellaadbeurt of batterijwissel zelden aan de orde als je de auto regelmatig aan de laadpaal kunt zetten. Maar op een lange rit, of als je vaak een aanhanger trekt (de EL7 heeft een trekvermogen van 2.000 kg), dan is de battery swap zeker een uitkomst en een unieke eigenschap van het Chinese merk.
Overigens dien je dan wel voor de batterijhuur te gaan, daar is naast het battery swappen ook het voordeel van dat je altijd een goed onderhouden en niet gedegradeerde batterij hebt. Je kunt het hele jaar door met een 75 kWh batterijpakket rondrijden en tijdens de vakantie voor een groter exemplaar gaan. Binnenkort verschijnt er zelfs een 150 kWh versie, waarmee je meer dan 700 kilometer moet kunnen halen.
NIO biedt dus echt iets anders dan andere merken, maar daar dien je flink voor in de buidel te tasten. Met batterijhuur kost de EL7 je minstens 76.900 euro en voor de 75 kWh batterij betaal je vervolgens 169 euro per maand. Koop je de batterij erbij, dan mag je niet wisselen en betaal je minstens 88.900 euro voor de 75 kWh versie. De testauto is de 100 kWh variant en daar moet minstens 97.900 euro tegenover staan.
Dat is echt heel veel geld, want de Xpeng G9 Long Range is qua afmetingen behoorlijk vergelijkbaar en kost 36.000 euro minder. Het is dus de vraag of NIO er goed aan doet om zo hoog in te zetten, alle weelde en luxe-opties daargelaten. De auto is nog steeds vele malen goedkoper dan een vergelijkbaar uitgeruste SUV van een Duits merk, maar de bereidheid om voor een Westerse premium auto zoveel geld neer te leggen is nu eenmaal vele malen groter. En de groep die dergelijke bedragen kan en wil neertellen voor een auto is niet zo groot en gaat vaak voor de bekende weg. Er zijn gelukkig beter bereikbare modellen van NIO aankomend, waaronder een elektrische stationwagen die heel veel kwaliteiten van dit vlaggenschip overneemt. Genoeg reden om het merk dus goed in de gaten te houden de komende tijd!