Wil je tegenwoordig als autofabrikant in de zakelijke markt meedoen, dan moet je een dieselmotor in je programma hebben. Subaru deed jarenlang niet aan deze trend mee, maar zag in dat dit onhoudbaar was. Eerder dit jaar waren de Legacy en Outback al aan de beurt en nu krijgt de SUV van de familie ook een Boxer Diesel onder de kap. In de Legacy heeft deze motor al zijn waarde bewezen, maar hoe doet hij het in de Forester, waarvan begin dit jaar een compleet nieuw model op de markt kwam?
We gaan terug naar 1997. Nederland maakt in dat jaar kennis met de Subaru Forester. Het woord SUV bestaat nog niet eens en de Japanner wordt beschouwd als een stationwagon die hoog op zijn poten staat. Mét vierwielaandrijving en een boxermotor uiteraard, de twee handelsmerken van het bescheiden merk Subaru. Na drie facelifts komt er begin dit jaar een compleet nieuw model op de markt. Dat moet ook wel, willen de Japanners mee blijven doen in het zwaarbevochten segment van de SUV’s.
De nieuwe Subaru Forester is in vergelijking met het vorige model behoorlijk gegroeid en heeft een stoerdere uitstraling gekregen. Aan de voorkant oogt de Japanner behoorlijk agressief en dat wordt nog eens extra benadrukt door de grote luchthapper op de motorkap. De grille kennen we van zijn grotere broer, de Tribeca. Als we de koplampen aandoen, zien we xenonlampen zonder projectoren. Hier slaat Subaru de plank mis, want de Legacy en Outback hebben wél projectoren in combinatie met xenonverlichting.
Op de voorbumper zijn de kunststof stukken rond de mistlampen niet meegespoten, in tegenstelling tot de rest van de voorzijde. Het geeft de Forester een robuust aanzicht. De spiegels zijn – zoals het hoort bij een SUV – lekker groot. Deze uitvoering kreeg zeventien inch lichtmetalen wielen mee, al zou een maatje groter de Subaru nog beter staan, doordat de wielkasten behoorlijk hoog zijn. De aluminiumhandgrepen vinden wij in combinatie met de kleur wit niet echt fraai.
Aan de zijkant zien we ruime portieren met een hoge instap. De zwarte dakrails wijkt af van de lakkleur en staat wederom stoer. Een subtiele spoiler geeft een sportief tintje aan de Forester. De grote achterruit onder de spoiler zorgt voor veel zicht. Net als bij de voorbumper zien we bij de achterbumper ook zwarte kunststofelementen terugkomen. Twee uitlaatpijpen aan beide kanten maken het stoere karakter spreekwoordelijk af.
Onze testauto is de Subaru Forester 2.0D Executive, de duurste uitvoering van de Forester. Hij wisselt voor net geen 45.000 euro van eigenaar. De basisuitvoering, de Comfort, kost iets minder dan 36.000 euro. In de Forester worden we direct geconfronteerd met hard plastic. Diezelfde teleurstelling geldt voor de stengels achter het stuur. Die komen rechtstreeks uit oudere Subaru-modellen en doen goedkoop aan. Subaru heeft geprobeerd het interieur wat sportiever te maken door er een aluminiumlook aan te geven, maar is daar niet echt in geslaagd. Het resultaat is aluminium plastic. Jammer, zeker voor een auto met dit prijskaartje. Het stuurwiel pakt lekker beet en is voorzien van een handige bediening voor het audiosysteem en de cruise control. De klokken hebben een blauwe achtergrond. Wij vinden het vrij cheap ogen, maar smaken verschillen natuurlijk. Ze zijn overigens wel goed afleesbaar.
Het middenconsole ziet er ondanks het harde plastic wel overzichtelijk uit. Bovenin bevindt zich het radio/navigatiesysteem, daaronder zitten drie knoppen waarmee je de temperatuur en blazers regelt. Het navigatiesysteem kennen we al van de Impreza. Vooral de uitgebreide boordcomputer op het display is erg prettig en geeft je als bestuurder veel nuttige informatie over onder meer het verbruik van de auto. De Executive-uitvoering is bovendien uitgerust met een elektrisch panoramadak, dat voor het nodige licht in het interieur zorgt.
Voorin biedt de Forester veel ruimte. Er zijn voldoende opbergvakken. Beenruimte is er volop en door de hoge daklijn komen langere mensen niet met hun kruin tegen het plafond aan. De stoelen zijn goed verstelbaar en hebben voldoende zijdelingse steun. Naast tal van opties is leren bekleding op deze uitvoering standaard. Het oogt niet alleen chique, maar is ook goed afgewerkt. De passagiers achterin hebben weinig reden tot klagen. Er is veel ruimte en je zit prettig op de achterbank. De Forester is een echte familieauto, want naast vijf volwassenen kan er veel bagage mee. Er gaat zo’n 450 liter in de kofferruimte van deze SUV. Wanneer je de achterbank neerklapt, kan er meer dan 1.600 liter aan bagage mee.
De Boxer Diesel tot leven brengen gaat simpel met een start/stop-knop, die tot de uitrusting van de Executive behoort. De wijzers roeren zich en vervolgens laat de motor voorzichtig van zich horen. Die is voor een diesel bij een koude start trouwens opvallend stil. En dat blijft tijdens het rijden zo. Het is een stille motor zonder typisch nagelend geluid. Tot 3.500 toeren per minuut loopt de 147 pk sterke krachtbron mooi progressief, daarboven komt de boxerroffel erin. Doordat het roetfiltersysteem gesloten is, mist de diesel in de Forester drie pk ten opzichte van dezelfde motoren in de Legacy en Outback. Toch heeft het weinig invloed op de prestaties van de auto. Versnellen doet hij moeiteloos en je komt met een koppel van 350 Nm nooit kracht tekort. De motor kent een redelijk trillingsvrije loop, al zijn in het stuur wel trillingen waarneembaar. Volgens de fabrieksopgave verbruikt de Forester 6.2 liter diesel op honderd kilometer. Tijdens onze test kwamen we uit op een gemiddelde van 7.2 liter, best zuinig voor een auto van dit formaat en een gewicht van ruim 1.500 kilo.
Subaru heeft de Boxer Diesel gekoppeld aan een zesversnellingsbak, die goed met de motor communiceert. De bak zelf valt echter tegen. Het schakelen gaat met lange slagen en voelt nogal hakerig aan. De besturing mist directheid en stuurt daardoor wat vaag, al krijg je niet het idee dat je er geen controle meer over hebt. Uiteindelijk is een SUV als de Forester ook niet gemaakt om sportief mee te rijden. Dat blijkt ook wel uit het weggedrag van de Japanner. Zo helt hij in de bochten flink over en is te slap geveerd, waardoor de koets te veel duikt. Toch is de Subaru redelijk onder controle te houden tijdens het ondersturen. Op dat moment grijpt het ESP goed en abrupt in en zorgt ervoor dat de auto geen rare dingen doet. Ook het fulltime AWD-systeem – waar Subaru natuurlijk bekend om staat – draagt hier een steentje aan bij.
Naast ESP is de Japanner wat betreft veiligheid uitgerust met zes airbags, ABS met EBD (Electronic Brakeforce Distribution) en Hill Start Assist (helling-rem functie). Door de vorm en het formaat vangt de wagen op de snelweg wel behoorlijk wat wind. In de stad is de Forester voor een auto met deze afmetingen vrij wendbaar. Hij is behoorlijk breed, maar kent een redelijke draaicirkel. Verder zijn de spiegels groot, zodat je goed zicht naar achteren hebt. Ook rondom is het zicht goed door de grote ramen in de Subaru. Het is vooral een hele comfortabele auto waarmee je veel zorgeloze kilometers kunt rijden.
Een trend volgen wordt weleens gezien als meelopen. In feite doet Subaru dat natuurlijk, maar het Japanse merk is er met de Boxer Diesel wel erg goed in geslaagd. Het resultaat is een prettige motor die klinkt als een benzinekrachtbron en boven de 3.500 toeren laat horen waar het merk bekend om staat, de boxer. De Forester ziet er door de luchthapper op de motorkap aan de buitenkant stoer uit. Wie echter voor een sportieve wagen gaat, moet verder zoeken. Daar is de wagen te comfortabel voor. Verder valt op de afwerking in de Forester het nodige aan te merken. Dat wordt gelukkig gecompenseerd door de fijne stoelen en de grote hoeveelheid ruimte. Voor net geen 36.000 euro biedt Subaru een prima auto voor een scherpe prijs. Het is een goed en vooral leuk alternatief in de drukke SUV-markt.